Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Wet rechtspositionele voorzieningen rampbestrijders

 

Artikel 1
1
In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
a
Onze Minister: Onze Minister van Binnenlandse Zaken;
b
rampbestrijdingsdienst: het deelnemen aan
1
het bestrijden van een ramp of een zwaar ongeval nadat de artikelen 22 tot en met 24 van de Wet rampen en zware ongevallen in werking zijn gesteld;
2
een oefening ter voorbereiding op de bestrijding van rampen en zware ongevallen in geval van buitengewone omstandigheden, aan het houden waarvan Onze Minister zijn goedkeuring heeft gehecht;
3
het bestrijden van een ramp of een zwaar ongeval in België onderscheidenlijk de Bondsrepubliek Duitsland naar aanleiding van een verzoek als bedoeld in artikel 3, tweede lid, van de Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Koninkrijk België inzake wederzijdse bijstandsverlening bij het bestrijden van rampen en ongevallen (Trb. 1984, 155) onderscheidenlijk de Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland inzake de wederzijdse bijstandsverlening bij het bestrijden van rampen, zware ongevallen daaronder begrepen (Trb. 1988, 95);
4
een oefening die in België of in de Bondsrepubliek Duitsland wordt gehouden ter voorbereiding op het bestrijden van een ramp of een zwaar ongeval als bedoeld onder ten derde, aan het houden waarvan Onze Minister zijn goedkeuring heeft gehecht;
c
rampbestrijder: degene die
1
bij wijze van beroep
2
als vrijwilliger
de rampbestrijdingsdienst vervult of heeft vervuld bij een gemeentelijke of regionale brandweer, bij een basisgezondheidsdienst, bij een ambulancedienst, bij een centrale post ambulancevervoer, bij het Nederlandse Rode Kruis of bij een andere op grond van de Wet geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen erkende instelling;
d
zijn gewone werk: de werkzaamheden die de rampbestrijder voorafgaande aan de rampbestrijdingsdienst gewoonlijk in de uitoefening van zijn bedrijf of beroep heeft verricht;
e
geneeskundig adviseur: een door Onze Minister aangewezen geneeskundige;
f
grondslag: de in artikel 27 bedoelde grondslag.
2
Voor de toepassing van deze wet en de daarop rustende bepalingen wordt gelijkgesteld met:
a
gehuwd: als partner geregistreerd;
b
weduwe: achtergebleven geregistreerde partner;
c
weduwenuitkering: uitkering ten behoeve van de achtergebleven geregistreerde partner.


Jurisprudentie bij dit artikel

  • Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.

  • Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.
  •